Snel naar :  Lustrumnieuws Ledenlijst  -  Contact  
 

 

 
nieuws ea.
lustrum 2006
activiteiten
 
 
Home
 
   
Persverslag afscheid Kees Knipscheer 14-10-2005 terug

Bericht uit het Nederlands Dagblad:

'Alleen AOW voor de alleroudsten'

17 oktober 2005 (door Thea van Beek)

DEN HAAG - Prof. dr. C. Knipscheer pleit ervoor alleen AOW toe te kennen aan de tien procent oudsten van Nederland. ,,Op dit moment is dat iedereen boven de 68,5 jaar.''

De 65-jarige van nu is niet te vergelijken met die van de jaren zestig. Hij is jeugdig, actief en reist en sport uitbundig. ,,Maar nog steeds staat vast dat je op je 65e met werken stopt en dat dit nooit verandert'', zegt hoogleraar gerontologie prof. dr. C. Knipscheer.

Hij nam vrijdag afscheid van de Vrije Universiteit in Amsterdam. In zijn afscheidsrede pleitte hij voor een tweede carrière voor ouderen tussen de 50 en 75 jaar. Zaterdag werd Knipscheer zelf 65, een leeftijd die al sinds 1957 pensioenrechten garandeert. Negenhonderd wetten en regelingen hangen samen met die leeftijdsgrens.

,,De werkelijkheid is inmiddels heel anders'', zegt Knipscheer. ,,We worden steeds ouder. Honderd jaar oud worden is al lang geen uitzondering meer. In 1960 was tien procent van de oudste bevolkingslaag 65 jaar en ouder, nu ligt die grens bij 68,5 jaar en over dertig jaar naar verwachting bij 76.

'' Slechts aan die tien procent ouderen zou je nog AOW moeten toekennen, vindt Knipscheer. ,,Dan is het voor jongere generaties nog op te brengen. De AOW is nu een arbeidsmarktverzekering. Daarmee vraag je van de jongeren ouderen zeker dertig jaar lang te financieren. De vraag is of dat wel gerechtvaardigd is.''

Knipscheer spreekt over de ouderen van nu in termen van 'een tweede adolescentie'. Een periode waarin ouderen op zoek zijn naar een nieuwe balans in hun leven en nieuwe uitdagingen aangaan, bijvoorbeeld een tweede carrière met betaald of onbetaald werk. ,,Ik zeg niet dat mensen langer moeten werken, maar dat het flexibeler moet worden: een carrière die wat rustiger verloopt en waarin mensen het werken geleidelijk afbouwen.

'' Zullen mensen die hun leven lang zwaar werk hebben gedaan zijn boodschap in dank aanvaarden? Knipscheer: ,,Werk is niet meer zo zwaar als honderd jaar geleden. Zelfs niet voor bouwvakkers, die nu allerlei hulpmiddelen hebben. Maar je zou voor bepaalde beroepen misschien uitzonderingen moeten maken, zoals nu al geldt voor vervroegde pensionering van militairen.''

,,Mensen doen in hun arbeidscarrière allerlei deskundigheid op die bruikbaar is in de samenleving. Als een oudere timmerman in een wijkkrantje schrijft dat hij beschikbaar is, heeft hij makkelijk zo drie dagen per week werk. Een goede elektricien kan nog heel waardevol zijn bij klusjes waaraan grote behoefte is.''

Zorg

De afgelopen twintig jaar hebben mensen zich wel erg gemakkelijk laten verleiden tot vervroegde pensionering, vindt Knipscheer. ,,Uit onderzoek blijkt dat vervroegd uittreden lang niet altijd zo positief uitwerkt. Zo'n dertig procent van de vutters wordt minder vitaal, is depressief en voelt zich minder gezond.''

,,Het is goed langer bij de samenleving betrokken te blijven, een soort dag- en weekritme te houden en volop mee te doen aan het dagelijks leven. Je kunt beter in een wat minder belastende baan tien jaar langer werken dan zeven jaar met tegenzin werken in afwachting van het pensioen.

'' Knipscheer ziet voor veel ouderen een tweede carrière weggelegd in de zorg. ,,Juist in die sector hebben we hard mensen nodig. Je kunt dan denken aan de rustiger uren van de dag. In de zorg passen juist goed mensen met veel levenservaring. In ruil daarvoor kun je hun zorg aanbieden als zij die later zelf nodig hebben.

'' Op zijn eigen 'tweede carrière' heeft hij al een voorschot genomen. ,,De afgelopen drie jaar werkte ik nog drie dagen per week als hoogleraar en daarnaast twee dagen per week als adviseur. Met dat adviseurschap ga ik gewoon nog door.''